De kermis was weer in Boortmeerbeek en net zoals vorig jaar zit Arne heel graag op de draaimolen. Stilaan begint hij de verschillende wagentjes te kennen en kiest hij heel bewust zijn favoriete zitplaatjes uit.

Dit jaar was er echter nog een nieuw element op de molen: de “flosj”. Blijkbaar had Arne dit vliegend stuk stof nog niet eerder opgemerkt. En ook tijdens zijn zoveelste ritje op de molen had hij maar weinig aandacht voor de “flosj”. De uitbater van de draaimolen vond echter dat ook Arne een goede kans moest hebben om het ding te pakken. Daarom liet hij de bal, met daaraan de flosj, keer op keer in Arne zijn caravan zakken. Meer dan een halve blik gunde Arde het vliegende object echter niet.

Bij het zoveelste toertje bleef de flosj aan de rand van het dak hangen en viel hij in de caravan. De reactie van Arne was verassend. In plaats van de flosj snel op te rapen bleef hij vanaf zijn stoeltje maar naar het ding kijken. Op zijn gezicht was duidelijk af te lezen dat hij niet onder de indruk was van de manier waarop de molen onderhouden werd. Dit werd meteen ook duidelijk toen ik hem, na de rit, van de molen ging halen: “Papa, molen, kapot gegaan, af gevallen”. Hij is vervolgens met een heel serieus gezicht de flosj gaan teruggeven aan de uitbater: “kapot, gevallen…”

Arne is helemaal weg van ‘Seven Nation Army’. Dat denk ik toch. Eigenlijk weet ik niet of hij het liedje ergens gehoord heeft of dat hij er zelf is opgekomen. In dat geval moet ik dringend eens bij Sabam gaan aankloppen. 🙂

Arne is op zoek naar manieren op de deur open te maken. Dat het iets met de klink te maken heeft en dat hij hulp nodig heeft om zo hoog te komen heeft hij al door.

Nu nog een manier vinden om uit de weg te gaan zodat de deur kan openzwaaien. 🙂